Zachte woorden

Maandag 27 november 2017

Je hoort, leest of gebruikt wel eens de volgende omschrijvingen van de dood; ‘Hij heeft ons verlaten, ‘Zij is op een lange reis gegaan’, ‘Hij is ingeslapen’. Het klinkt allemaal wel vredig en enigszins romantisch, maar de werkelijkheid is vele malen ingewikkelder en harder. In onze verwoede pogingen om de dood op afstand te houden en de daarmee gepaarde pijn onder controle te houden, zoeken we ons heil in neutrale en verhullende begrippen. Het belangrijkste kenmerk van de dood is echter het onomkeerbare; iemand die dood is zal niet meer wakker worden en zal ook niet terugkomen van welke reis dan ook. Daarmee ontkennen bovenstaande omschrijvingen dat typische aspect van dood zijn.
Zonder enige schroom gebruikten we jaren geleden het woord lijkauto. Zwart en glimmend, met van die vlaggetjes en gordijnen. De bestuurder van een dergelijk voertuig had z’n gezicht in de ernstige beroepsplooi en de kleding was navenant. Zo’n auto heet nu rouwauto. De chauffeur draagt minder droevige bedrijfskleding en de kleur van het voertuig is wisselend. De intrede van de vrouw in het uitvaartwezen draagt ook bij aan een andere stijl van omgang met de dood. Ik laat hier maar in het midden wat dan precies die andere stijl is. Wat me wel opvalt is een verschuiving van de uitvaartplechtigheid naar de afscheidsviering. Begrijp me goed, het begrip afscheidsviering is volgens mij een prima omschrijving. Alleen verwarren we viering in de huidige tijd teveel met feest. Een begrafenis of crematie krijgt steeds meer het karakter van een feest, een ‘event’.

Ton Hopman